zaterdag 1 oktober 2011

Amicitia

Na de beschermersdag van het Groninger Landschap gaan we nog even langs bij de ‘Ommelandermarkt’, een markt in het kader van Groningen, hoofdstad van de Smaak, met allemaal streekproducten uit deze regio.
Deze markt vindt plaats aan het Boterdiep.
Terwijl ik kraampjes bekijk en me omdraai en kijk waar Man is, zie ik dat hij met iemand staat te praten. Maar wie dan? Ik kom dichterbij o, verrassing, het is Bert Hadders. Hij is terug uit Eerste Exloërmond en zorgt hier onder de Ufo voor de muziek. Hoe toevallig kan het wezen. Hij zegt dat er vanavond feest is in de Silo, achter het station. Misschien gaan we wel even.




Ik hou wel van dit soort markten, jammer, het loopt al een beetje op z’n eind.

Ik maak praatjes met vriendelijke kraamhouders. Bij een kraam met bonen zie ik een speciaal boontje, is het het heilig boontje? Nee, want daar moet Maria op staan.
Volgens de marktkoopman is het de soldatenboon, ook wel adelaarsboon genoemd. Als je goed kijkt zie je inderdaad een soldaat of een adelaar. Na speuren op het internet wordt het ook heilig boon genoemd. Man vond het meer op een motorrijder lijken.
Ik koop een zakje met gemengde soorten bonen. De marktkoopman schrijft op het zakje wat het is:
Boterboon, volgens hem die zwarte, volgens mij heten die gewoon ‘zwarte bonen’. Bij boterbonen denk ik aan witte.
Kievitboon, die gespikkelde.
Rotte keutel (!), de bruine.
En de witte met het plaatje erop dus de soldatenboon.
Ik vind het wel leuk om met hem te bomen over bonen.
Ik ga er thuis een gerechtje van maken, en een paar bewaren om te zaaien.
Omdat we nog zeker drie kwartier op de parkeermeter hebben gaan we op zoek naar een cafeetje, na een smok bij Bert gehaald te hebben.



Zo lijkt het op een motorrijder, als je ze omdraait een soldaat of een engeltje

Vier uur in de middag, een café op de hoek van Korenstraat en Boterdiep, propvol en blauw van de rook. Buiten staan twee lege tafeltjes, in dit geval voor de niet-rokers.
We gaan naar binnen, ik vraag aan de kastelein een witte wijn, droge graag. Hij kijkt mij vorsend aan en zegt: ik heb maar èèn soort. Is het erg zoet, vraag ik, en hij zegt proef maar even.
Naast me hangt een vrouw op de barkruk, ze kijkt me met lodderige ogen aan en zegt boos: Dit is een volkskroeg!
Je ziet haar denken: Mens zeik niet over de wijn. De kastelein probeert haar te sussen, maar ze blijft bliksemschichtjes uit haar ogen naar me sturen. Ze zegt nog eens nadrukkelijk: Dit is een Volkskroeg! Ik neem de wijn, hij smaakt best lekker en ik zeg tegen haar: wij zijn ook volk hoor! Wat krijgen we nou, ik, kind uit een rood arbeidersnest, word hier effe ontvolkt, in café Amicitia! Hoe boterdiep kan je zinken?


’s Avonds gaan we een hapje eten bij d’Ouwe Brandweer, helemaal niet verkeerd en later op de avond lopen we naar de Silo. Bert is daar deejay.
We worden even in de tijd teruggeworpen. Een sloop- of kraakpand, een stempeltje op je hand.
De meeste bezoekers zijn van ongeveer ‘onze leeftijd’, het is er wel gezellig. Veel mensen ‘op zoek’. Als Man even wat uit m’n buurt staat, heb ik direct contact met diverse heren. Best leuke.
We weten niet of we hier nou te jong of te oud voor zijn. Het soort muziek dat Bert draait is niet zo mijn muziek, maar hij weet wel goed wat het publiek wil.
Er treedt ook nog een band op, de Beatles Tribute Band Rubber Soul,
Wel pech voor ze dat er een box uitviel.





Ik vond het wel leuk om een keer mee te maken, maar de vermoeidheid slaat toe na deze lange dag en we zoeken ons hotelbed op.

Wilsterflappen


Het Groninger Landschap organiseert elk jaar een Beschermersdag. Omdat wij Beschermer zijn en toevallig ook in de buurt, gaan wij hier naar toe.
Bij het Bezoekerscentrum Buitenplaats Reitdiep is heel de dag van alles te doen. We volgen met argusogen Arno van der Heyden, die met een microfoon van RTVNoord rondloopt, voor het live radioprogramma ‘Noord op Stee’. Daar willen we uit de buurt blijven, want je weet maar nooit. Gaat hij links, gaan wij rechts en omgekeerd.

Luisteren naar de Wilsterflapper
We doen eerst de wandelexcursie met gids. Dwars door het land lopend zien we hoe mooi het landschap ligt. We lopen richting het dorp Noorderhoogebrug en brengen een bezoek aan molen Wilhelmina.
Onderweg wordt ons uitgelegd wat Wilsterflappen is. Wilster is Gronings voor Goudplevier en wilsterflappen is de eeuwenoude vangmethode van Goudplevieren met een vangnet. Vroeger verdiende de boerenarbeider er zo wat bij door de wilsters aan de poelier te verkopen. Nu wordt deze oude techniek gebruikt voor het ringen en informatie verzamelen. Er wordt gevangen met een slagnet van zo’n 25 meter lang. Dwars op het vangnet worden lokvogels neergezet. Een belangrijke rol speelt de lokfluit. Met deze fluit kan een wilsterflapper de roep van de Goudplevier exact nabootsen. Een vlucht wilsters kan zo vanaf honderden meters naar het net gelokt worden.
De wilsterflapper heeft er een paar gevangen:



Ze worden ook weer vrijgelaten hoor.
We wandelen door het mooie gebied. Het Groninger Landschap kan trots zijn op zijn vrijwilligers. Onze gids G., we waren hem ook al tegen gekomen in het Museum Wierdenland, vertelt honderduit.
De koeien hier zijn niet zo bang voor ons als op de kwelder, ze komen nieuwsgierig dichtbij. Wat zijn het toch een mooie beesten, met zulke lieve ogen.



Daarna hebben we een heerlijke lunch en we zitten met een leuk Gronings stel aan tafel.
Een pittig soepje met zeekraal en lekkere boterhammen
Na de lunch is er een theatershow van Alex Vissering met band. Ah daar heb ik zo van genoten, prachtige liedjes, geweldige muzikanten en mooie pronkjewailtjes.

Man heeft ook wat fimpjes met de mobiel gemaakt:

Alex Vissering 1

Alex Vissering 2

Alex Vissering 3