maandag 4 maart 2013

Texel (4) - De Slufter


Heerlijk geslapen, vooral genoten van de stilte, dan een lekker ontbijt … vandaag staat een fiets- en wandeldag op het programma.
De chefkok zet nog even mijn fietszadel vast, we hebben lunchbroodjes mee.
Het is slechts een kilometer of zes fietsen naar De Koog.
Over de Pijpersdijk, windje mee, één rechte weg naar De Koog en door het centrum, in de zomer vast en zeker kolkend van strand- en badgasten, nu vrijwel leeg. Fietsen geparkeerd aan de rand van het dorp, aan het begin van het Mienterglop. 



Wat voor feestmaal heeft hier plaatsgevonden?

Een wandeling door De Muy en De Slufter van in totaal zo’n 10 km, langs stoere koeien, duin, heide, plukjes dennenbos en langs het strand weer terug. Bijna geen mensen in het begin, een handjevol, totaan de Slufter. Wat een wijdsheid. Louterend, zo'n tocht te voet, banjerend door zand en slik met het geluid van schreeuwende meeuwen en baltsende scholeksters en een enkele bergeend.


Als we na de duinen uiteindelijk het strand bereiken is het uitzicht adembenemend!
We staan letterlijk naar adem te happen van deze schoonheid, leegte en stilte.
Ongelofelijk wat mooi.






Een foto van ons samen met de zelfontspanner, fototoestel op bouwsel van aangespoelde pallets gezet … 28 jaar getrouwd.
Een eerste broodje op het strand, ergens tussen paal 24 en 25 en de rest van de lunch in de luwte van een verzonken bunker.




Ik leg wat van de aangespoelde troep bijelkaar en maak er een foto van, een juttersmuseumpje.
Silly de strandjutster zegt Man tegen me. 
Maar alle gekheid op een stokje …  ik ben lichtelijk ontdaan van wat ik in nog geen vijf minuten verzamel. Een museum vol aangespoelde rommel enerzijds, de plasticsoep en de maaginhoud van dode vogels en vissen anderzijds, dat in aanmerking nemend mag het nu wel ophouden om de zee als een grote plee te gebruiken. 

Een jerrycan met de tekst caustic alkali liquid, een champignonbakje van de grootgrutter, een dop van een Kärcher, dat vreselijke plastic touw en visnet, een grote lap plastic zeil, een tube tandpasta, een plastic bloempotje enz. enz.
Als ik rotzooi in een natuurgebied gooi word ik toch ook beboet? Waarom de veroorzakers van deze zooi niet? Omdat niet bekend is wie het doet? 12.000 ton per dag?
Ik heb er wel ideeën over.
Maar nu laat ik het deze geweldige dag niet verzieken.




De lange wandeling terug tussen eb en vloed. Heldere lucht en zon. Met het geluid van de meeuwen, dat een zomers gevoel geeft. 
Onderweg verzamelen we ‘grote zeedonkerblauwe schelpen’ tot aan paal 21 en een paviljoen met dezelfde naam en met een hilarisch tekst over de openingstijden.



Daar een wijntje en een portie bitterballen, waarna we dwars door het duin terugsteken naar onze fietsen, langs het grote parkeerterrein waar een kleine Amsterdamse man met een evengrote dochter een gigantische Ierse Wolfshond uitlaat, wat een bakbeest.
De stoere koeien laten zich nu van dichtbij fotograferen.



We fietsen terug door het centrum van De Koog, dat er meer uitziet als een goudzoekersdorpje, of kermis, net als destijds dat dorp op het eiland Zakynthos, waar onze zoon voor de laatste keer met ons mee op vakantie ging.
Nog een mooi fietspad tussen de weilanden door ...

...  terug naar ons hotel om te douchen en te ontzanden. 
We besluiten daarna de andere kant op te fietsen in een al schemerende avond, twee kilometer verder ligt Den Burg. Een Italiaan, hadden we al eerder besloten, 'Venezia', met lekkere, eenvoudige pasta voor nog geen tientje, als tegenhanger van gisteren.
Terugfietsen in het pikkedonker, gelukkig maar een klein stukje. In het hotel is iedereen al naar bed, alles gesloten, wij dus dan ook maar naar bed …