vrijdag 20 januari 2012

Illusie



Men vroeg Rutger Kopland ooit, nadat hij een gedicht had voorgelezen: waar gaat dat gedicht nou eigenlijk over? Toen las hij het nog een keer voor.

Omdat ik op zoek was naar een DVD die ik aan het Zorgcentrum waar ik werk zou schenken, dook ik in de verhuisdoos met het opschrift: ‘CD-DVD-Video’. Ik vond al gauw wat ik zocht en bekeek gelijk alle andere vondsten.
Een paar jaar geleden, in 2000 denk ik, (jeetje, al weer 12 jaar geleden), kwam ik in aanraking met de experimentele film: De zee die denkt. Een film die internationale prijzen won.
Ook nu nog steeds bijzonder om nog eens te bekijken.
Een opmerkelijke film met optische illusies.

Illusie
Als we een tafel aanraken, voelen we niet die tafel. We voelen onze vinger en wat daarin gebeurt.
We voelen onszelf. En als u nu naar mij zou luisteren, luistert u niet naar mij, maar naar de trillingen in uw eigen oor. We horen ons eigen luisteren. Als we naar buiten kijken, zien we niet wat er búiten is. We kijken naar het beeld in onze hersenen. De wereld bestaat in ons hoofd.

Wij leven in één groot circus van zelfgecreëerde illusies. En we zijn daar zo heilig in gaan geloven, dat we nauwelijks nog kunnen zien dat ze illusies zijn. Dat hele idee dat we een ik zijn, een iemand, is een illusie.
Denk ik.

We zeggen: ik ben ik, ik ben een man, vrouw, ik ben een mens, vader van twee kinderen, schilder. Maar dat zijn ideeën en dat-wat-wij-zijn kán geen idee, geen gedachte zijn. Als we een gedachte waren, dan zouden wij verdwenen zijn op het moment dat die gedachte er niet meer is. De telefoon hoeft maar te gaan, wég gedachte. Maar we zijn er nog steeds. We zijn kennelijk iets wat we niet kunnen benoemen, want alles wat we over onszelf kunnen zeggen, is een gedachte.

Dus waar zit hem hem dan? Waar ga ik de fout in? Wie is die ik? Eén groot mysterie heb ik voor mezelf geschapen, één grote valstrik, één groot gezichtsbedrog - denkbedrog eigenlijk. We lijken op die boom in het bos die aan een andere boom vraagt: weet u misschien waar hier ergens het bos is?
En dan zoeken we naar allerlei methodieken, goeroes, spirituele meesters, of we zoeken binnen onszelf naar evenwicht, harmonie, rust, zelfkennis. Maar hoezo ‘zelfkennis’? Ik wil mijzelf leren kennen? Dat is alsof je thuis jezelf opbelt. Natuurlijk krijg je in-gesprek-toon.

Ik kan me voorstellen dat op het moment dat ik mijn ‘ik’ verlies, ik dan wérkelijk liefde wordt, werkelijk mededogen of werkelijk begaan met alles om me heen, maar dan ook alles. Want dan valt er voor mijzelf niets meer te verdedigen, er valt niets meer te halen, er valt niets meer tegen te houden. Het is onbaatzuchtig. Ik weet het, dat lijkt bijna onmogelijk. Maar krankzinnigheid is in deze wereld het normale geworden en het normale wordt als onmogelijk versleten.
Waar ik het over heb, is de normale staat van zijn. Dat is wat we eigenlijk zijn.
En verder valt er niks te zeggen.

Tekstfragment uit de film ‘De zee die denkt’ van Gert de Graaff


Meer:

woensdag 18 januari 2012

Wat zie je zuster ...


Vandaag heb ik van een groepje bewoners op een van m'n locaties afscheid genomen.
Ik ga na deze maand van drie baantjes naar twee. Een moeilijke, maar juiste beslissing.
Als het voor mij al zo zwaar is om afscheid te nemen, hoe moet het voor deze mensen zijn? Voor hen zijn veranderingen zo moeilijk. Ik heb ze allemaal even lekker vastgehouden en met een hoop vrolijkheid tranen kunnen voorkomen.


Tijdens het opruimen thuis vond ik nog een kaart van een dochter van een van mijn vroegere bewoners. Die tekst vind je op het internet in verschillende versies, maar de strekking blijft hetzelfde. Het raakt me steeds weer:


“Wat zie je zuster? Wat zie je?


Een oude kribbige vrouw, niet meer bij de tijd.
Een beetje onzeker, met starende ogen.
Een oude vrouw, die met haar eten knoeit en die geen antwoord geeft, als je met een harde stem tegen haar zegt “Ik wou dat je het nou maar eens probeerde.” Een oude vrouw die schijnbaar niets merkt van de dingen die jij doet.
Die steeds weer iets kwijt is, een kous of een schoen. Die zonder tegenstribbelen laat doen wat jij wilt. Die met wassen en eten de lange dagen laat vullen. Is dat wat je denkt? Is dat wat je ziet?

Doe dan je ogen eens open, zuster. Je kijkt niet eens naar me. Ik zal je zeggen wie ik ben, als ik hier zo zit. Als ik plas op jouw bevel en eet, wanneer jij het wilt.

Ik ben een jong meisje van tien, met een vader en een moeder, met broers en zusters die van elkaar houden .

Een bruid van twintig ben ik en mijn hart springt op als ik denk aan de belofte die ik deed.

Vijfentwintig ben ik, en ik heb zelf kinderen die me nodig hebben om een veilig, gelukkig huis te bouwen.

Een vrouw van dertig ben ik en de kleintjes worden snel groot, verbonden door banden die zullen blijven.

Veertig ben ik. Mijn zoontjes zijn volwassen geworden en uitgevlogen. Maar mijn man is bij me om te zorgen dat ik niet treur.

Vijftig ben ik - en weer spelen er kinderen op mijn schoot.

Dan komen de donkere dagen. Mijn man is dood. Ik kijk naar de toekomst en ik huiver van angst. Want mijn kinderen hebben nu zelf een gezin. Ik denk aan de jaren van liefde die ik kende.

Nu ben ik een oude vrouw.
De tijd is wreed. Het is een grap van de tijd, ouderen er als dwazen te laten uitzien.

Mijn lichaam is vervallen, gratie en kracht zijn verdwenen.
En er zit nu een steen op de plaats waar ik ooit een hart had.
Maar... binnen in dat oude karkas woont toch nog dat jonge meisje.

Soms klopt mijn oude hart wat sneller.
Ik herinner me de vreugde en de pijn.
Ik heb weer lief. Ik leef mijn leven opnieuw.
Ik denk aan de jaren die voorbij zijn, te snel vervlogen, en ik accepteer de harde waarheid dat niets kan duren.

Doe je ogen open, zuster, en kijk.
Niet naar die kribbige oude vrouw.
Kijk eens goed, zuster.

Kijk eens naar... mij.”



zondag 15 januari 2012

Als de Groningers eens deze kant uit komen... (1)

... dan zijn wij er als de kippen bij!


Vanmiddag zijn we in Utrecht naar een dubbel optreden van Harry Niehof en Annemarieke Coenders geweest.

Op Schoot Concerten organiseert optredens in Utrecht bij mensen thuis.
Het was erg leuk. Harry zong een paar nummers die we nog niet kenden.
Door de manier hoe Harry zijn liedjes aan elkaar praat zat de sfeer er gelijk in en de mensen vonden het Gronings erg mooi.
Annemarieke zingt in het Engels, van haar vond ik vooral de nieuwe nummers mooi.







Geweldig was dat Harry en Annemarieke aan het eind van allebei een nummer samen deden.
Bijzonder hoor, zo’n optreden in iemands huiskamer, we hadden het reuze naar ons zin.
Omdat mijn broer in Utrecht woont, wandelen we na deze muzikale middag naar hem toe. Broertje kan fantastisch koken en uiteraard een wijntje erbij, genoten!


Websites van Harry Niehof en Annemarieke Coenders.



dinsdag 3 januari 2012

Dinsdag Dicht (39)

Störm

In wilde voart
Mit graauwe board
Komt de störm
Oet zien hörn.

d’ Onbedwongen
Volle longen
Barsten open
Onder ’t loopen.

Wild en enter
Over twenter
Veegde ’t laand,
Bezzem in haand

Brolt en dundert,
Rolt en klundert
Mit zien broezen
Rond de hoezen.

Gaait aan speulen
Mit ’n meulen.
Rouen draaien
Van zien swaaien.

Vogels strieden,
Wolken glieden
Op zien vlocht
Deur de locht.

Golven springen
Onder ’t dwingen
Van zien macht
Oet de gracht.

En het luden
Van zien ruden
Slagt de kimmen
Mit zien stemmen.



Derk Sibolt Hovinga
Störm en Stilte

zondag 1 januari 2012

Goed begin

De eerste dag van het jaar. Naar traditie een rustig begin met een paracetamolletje en Garmisch Partenkirchen.
Ondertussen stoeltjes maken van de champagnesluitingen.
Ik ben niet geduldig genoeg om ze mooi te maken, wie wil, hier zie je hoe het moet.
Op de foto en dan weggooien.


Dan deze middag weer verder met het sorteren van de boeken, niks een kastje per dag, de hele boekenkast ineens! Het grote ontrommelen gaat door dit jaar.
Wat geeft spullen wegdoen een vrij gevoel!
De documentaire ‘Overal spullen, Tellen tot je er bij neervalt’ van Judith de Leeuw bij de Boeddhistische Omroep, heel inspirerend, ook hilarisch en confronterend.


zaterdag 31 december 2011

Veul Hail en Zegen


Lieve Groningers, bloglezers, -volgers en medebloggers,

Bedankt voor alle leuke, lieve, bemoedigende en kritische reacties dit jaar.
Ik wens eenieder een goede jaarswisseling en een gelukkig, gezond en succesvol Nieuw Jaar!

Maak er wat van, groet, Angelika

woensdag 28 december 2011

Met roosjes

Het is al fijn om in Galerie De Kroon in de Reiderwolderpolder op bezoek te zijn, maar daarnaast is er ook nog de Arbeiderswoning, in oude stijl ingericht met bedsteden. Bij dit huisje staan appelbomen van het oude appelras ‘De Groninger Kroon’, hier is de galerie naar genoemd.
Deze foto’s maakte ik van een bedstee in het huisje, toen we daar begin december dit jaar waren. Verstild sfeertje daar.



dinsdag 27 december 2011

Dinsdag Dicht (38)


“Ik ben in Groningen gaan wonen om de tijd te vertragen. Lekker onder een appelboom zitten, dát is geluk.
Je lekker vervelen.”

... aldus Jan Mulder in de ZO-krant van de SP, najaar 2011.





maandag 26 december 2011

2e Kerstdag 2011


Heel lang uitgeslapen. Dan een kleine wandeling door Groningen. Het is heel stil, maar het reuzerad draait al, met amper iemand er in. Als het zo rustig is vallen allerlei dingen op, zoals mooie dakkapelletjes of bijzonder metselwerk. Op de Vismarkt staat een aparte boom van fietswrakken.
We gaan bij het Huis de Beurs lunchen en komen ook weer bekenden tegen. Dat is altijd zo grappig, zo ver van huis.




In de middag pakken we de trein terug, maar onderbreken de reis in Zwolle.
We gaan naar Museum de Fundatie. Daar is een tentoonstelling genaamd Meer Licht.
We maken een foto van de naam van de tentoonstelling:


Een man komt de trap op en vraagt: “Waarvan maakt u een foto? Ik zie niks.”
Als ik naar de muur wijs zegt hij: “O, van de titel, hm … indrukwekkend”
Ik denk dat hij het sarcastisch bedoelde. We moeten er wel om lachen.
De titel is ontleent aan de vermeende laatste woorden van Goethe.

Als ik bij een ruimte kom, waar twee dames op leeftijd in de deuropening staan, zegt de een tegen de andere, in een zwaar Gronings accent: “Er staat een vrouw achter je (dat ben ik) … die vind het interessant … ga eens opzij.” De aangesprokene maakt plaats, kijkt me nieuwsgierig aan en zegt schouderophalend: “Het is van een kopieerapparaat, aan zulke kunst ga ik mijn tijd niet besteden”. Humor.
En ironie, wat de kunstenaar beoogde.

Een bijzondere tentoonstelling, heftig soms ook. Ik heb wel alle informatie uit de folder nodig om te weten waar ik naar kijk. Een luchtfoto van Hiroshima, de dag na het gruwelijke bombardement, een perfect zeegezicht, maar wel de plaats waar de Herald of Free Enterprise zonk, hertjes die nu rondhuppelen bij het voormalige concentratiekamp Auschwitz.
Confrontaties tussen schoonheid en gruwel.
De video-installatie Long Goodbye van David Claerbout vind ik het allermooist, tijd die vertraagd wordt. Manipulatie van tijd en licht.


Daarnaast is er ook een expositie van Albrecht Dürer en Thomas a Kempis, Kunst en handschriften uit de tijd van de moderne devotie.


Ook interessant, maar ik kan niet meer alles in me opnemen, want het museum gaat sluiten.
Na deze kunstexplosie steken we over naar Grand Café Public, waar we wat drinken en er ook nog plaats blijkt om te blijven eten. We kiezen voor (o, sentiment) kaasfondue!






zondag 25 december 2011

1e Kerstdag 2011



We gaan naar Groningen. We willen rust. Je kan wel thuisblijven, maar dan ga je toch weer van alles doen. Als we weg zijn kan dat niet.
Als we weer thuis zijn komt de winterschilder, dan moet er ruimte gemaakt worden, dan is er genoeg te doen. Maar nu even twee dagen helemaal niks.
In de trein begint de pret al. We hebben een miniflesje wijn meegenomen. Van onze lieve buren krijgen we een pakje mee, dat we pas in de trein mogen openmaken.


Het blijkt een klein flesje Schippersbitter met glaasjes erbij. Zo leuk. We hebben allebei een dik boek mee, dus ook lekker lezen.


We eten bij de Weeva, een zesgangendiner met een wijnarrangement.
Voorgerecht, soep, tussengerecht, spoom, hoofdgerecht en Grand dessert.
Leuke ontvangst, heerlijk eten, fijne bediening (prettige prijs) en geen opgeprikt gedoe.
Erg gezellig en na al die wijn hoeven we niet ver om te gaan slapen want het hotel zit er aan vast.

zondag 18 december 2011

Een jaar bloggen

Op 18 december 2010 begon ik met bloggen, vandaag precies een jaar geleden en inmiddels zo'n 288 berichtjes geplaatst.
Van een enkele lezer naar gemiddeld 50 per dag, met soms een uitschieter naar 100 lezers op een dag.
Naar meer dan 18.000 pageloads en 18 volgers. O nee, opeens 17, waar ook nog iemand dubbel in staat, dus 16. 
In vergelijking met andere Blogs stelt het misschien niet veel voor, maar ik vind deze aantallen heel bijzonder, kan me er vaak om verbazen.
Het aantal volgers zegt trouwens niet dat deze personen je ook echt volgen. Als ik m’n statistieken bekijk word ik juist meer gevolgd door lezers die zich niet als volger hebben aangemeld.



De meeste bezoekers komen via google op mijn blog terecht, via een zoekwoord of een foto. Daarnaast komen er ook veel via andere blogs. Sinds kort ook via Facebook. M’n kokkerelpagina’s zijn het meest populair.

Ik vind het leuk om nog eens terug te bladeren op mijn eigen blog. Het is toch een soort dagboek. Maar het allerleukste vind ik het als iemand, die mijn blog gelezen heeft, een berichtje achterlaat. Dat zou wat mij betreft nog wel wat meer mogen.

Alle lezers zijn me lief, uit heel Nederland, Europa en zelfs nog verder, maar die uit Groningen hebben wel een streepje voor. Zij zijn mijn info over en verbinding met een toekomstdroom.



Ik heb de statistieken van Blogger zelf en van Statcounter. De telling van die twee verschilt wat. Daarnaast heb ik ook nog Feedjit.
Leuk is het wel als er plaatsen als Lusaka, Zambia of Katowice, Poland of Mc Adenville, North Carolina voorbij komen. Maar even leuk is Tuitjenhorn, Loppersum of Leek om maar wat te noemen.


Het zegt niet alles, een plaats waar eenzelfde bezoeker vandaan komt is bij Feedjit en Statcounter ook verschillend.
Iemand uit Utrecht kan zomaar in Groningen wonen. Of bij iemand uit Groningen staat bij z’n Ip een plaats uit een heel andere provincie. Van sommige lezers weet ik wie ze zijn, dus zodoende kan ik zien dat de woonplaats niet klopt.
Maakt verder niet uit, dat soort dingen gaat toch boven m’n pet.


Verder vind ik het leuk dat ik door mijn geschreven blogjes, andere bloggers ook inspireer. Omgedraaid inspireren de blogs die ik volg mij ook weer.

Ik weet niet wat het komend jaar allemaal brengt, maar reken maar dat er weer vele blogjes verschijnen.
Op naar een nieuw jaar bloggen!


zaterdag 17 december 2011

Kerstspul


Van de week vond er een kerstmarkt plaats op een van m’n werklocaties.
Een kleinschalig, gezellig marktje voor bewoners en familie van het zorgcentrum en het dorp.
In ons kraampje hebben we natuurlijk “Welzijn” gepromoot, wat we zoal doen en daarnaast verkocht ik m’n potjes pompoem-appeljam, die grif van de hand gingen. Had ik er maar meer gemaakt! De opbrengst gaat in het spaarpotje voor een nieuw oud servies voor de Kookclub.
Gelukkig bleef het die middag droog, maar wat was het koud.
Ik heb op deze markt deze krans gekocht:



Het duurde even voordat ik door had waar hij van gemaakt was: fietsbinnenband! Als dat geen bijzonder hergebruik is.
Van mijn buurvrouw kreeg ik een vaasje met bereklauw wat er mooi bij kleurde.


Met de no impact week nog steeds in gedachten wil ik geen nieuwe kerstspullen of ander prullaria aanschaffen. Ook geen boom. We houden het simpel. Ik heb een vaas met kersttakken en amaryllis, daar wat lichtjes in en klaar. Voor de eettafel nog een stukje gemaakt. De foto’s komen nog.
In totaal heb ik maar 25 euro uitgegeven. Dus ik ben wel tevreden over mezelf.

woensdag 14 december 2011

Symbiose

Een simpel muurtje in Termunterzijl:

De gele plekjes eens wat beter bekijken:


Nog dichterbij:


Korstmos, dat niks met mos te maken heeft, maar wel een fascinerend organisme dat bestaat door de samenwerking van een schimmel en een alg.

dinsdag 13 december 2011

Dinsdag Dicht (37)


Galerie Groninger Kroon, Reider Wolderpolder, Finsterwolde
4 december 2011


maandag 12 december 2011

Vogelvoer

Hee, wat hangt daar nou opeens?


Mmm lekker, weer een verse pindacake!