zaterdag 26 mei 2012

Restaurant van Tarel, Taarlo

Na de heerlijke bloggerswandeling gaan we terug naar onze B&B in Taarlo, voor een douche en korte rust. Lichtelijke zonnebrand op armen en decolleté.
Taarlo blijkt het oudste dorp van Drenthe te zijn (820 n.C.). Vlakbij onze logeerplek is een restaurant, Van Tarel. Ik had al op internet gekeken, het is wel wat aan de prijs, maar heeft het voordeel dat we niet met de auto hoeven, kunnen we lekker een wijntje nemen.
Het is een mooi restaurant in een voormalige middeleeuwse boerderij. Volgens de website werken ze met de beste produkten, diervriendelijk en biologisch. Klinkt allemaal prima.

Ik schrik altijd van de zin ‘Heeft u gereserveerd?’, het klinkt altijd als: ‘Bent u wel helemaal goed bij u hoofd om hier zomaar zonder meer binnen te lopen?’
Binnen is genoeg plaats, maar we willen buiten … er wordt moeilijk gekeken. Er staan gewoon nog ongedekte tafeltjes tussen, dus we begrijpen het probleem niet.
We mogen aan een gereserveerd gedekt tafeltje gaan zitten, maar dan moeten we wel verhuizen als er een andere tafel klaar is. We vinden het best.
Ondertussen wordt er op het terras heel wat afgesjouwd met tafeltjes.
Maar als we eenmaal zitten en bestellen mogen we ook wel blijven zitten. Waar al dat vertoon nou voor nodig is? Is men tegenwoordig niet blij met elke klant die zo gek is om voor een etentje voor twee zo’n 150 euri te spenderen?
Wij hebben een heerlijke dag gehad en ons humeur is niet te verzieken.


We kijken rond. Ik ben altijd wat huiverig voor restaurants die net wat duurder zijn, voor je het weet kom je tussen de ‘kouwe kak’ of anderzinse snobs terecht, of nog erger, mensen die het niet zijn, maar doen alsof.
Wat ook naar is, is bedienend personeel dat denkt dat het erbij hoort om arrogant te zijn. Moeten ze dat, is dat policy?
Naarmate de avond vordert, worden ze wat losser, wat meer zichzelf, we zeggen hoe we denken dat de namen van hun collega’s zijn en dat geeft veel hilariteit. Wij worden nog vrolijker, er komt een tweede flesje rosé. Wat kunnen wij het samen toch leuk hebben!
We hebben de goedkoopste rosé genomen (27 euro), neem je een wijn van 50 euro, dan ga je niet zo gauw voor een tweede fles.
Gek was wel dat de fles wijn van onze keus dan weer niet voorgeproefd hoefde te worden, zeker te goedkoop (!) maar ach, wij passen ons wel aan hoor. Wat ze wel weer siert is dat er niet moeilijk over kraanwater werd gedaan. We starten met heerlijk brood en zelfgemaakte pesto.
Toen we bijna aan het hoofdgerecht kwamen, werd het buiten toch wat frisjes en we vroegen of we naar binnen konden, dat was geen probleem!

Maar dan het eten: werkelijk fantastisch lekker gegeten!
We hebben voor het menu van de maand mei gekozen, vier gangen voor 37,50:

Salade van voorjaarsgroente met Livar-ham
Tonijnfilet met tomaat en bieslook
Kalfslende met asperges en bearnaiseboter, geserveerd met peterselieaardappelen
Panna cotta met ananas

Alles werkelijk even heerlijk en de kalfslende sloeg alles, het vlees smolt in je mond! (het laat wel een schuldgevoel na, ik neem me voor dat dit de laatste keer is dat ik kalfsvlees eet).
tonijnfilet
kalfslende met asperges
 rabarber-sorbetijs en rabarber-clafoutis 
Alleen de panna cotta trok me niet zo, ik had op de kaart Rabarber-clafoutis en rabarber-sorbetijs zien staan. Mag ik het dessert ruilen? De schattige ober kijkt wat moeilijk. Ik betaal wel bij, zeg ik snel … en opgelucht zegt hij dat het kan.
Man vind de panna cotta heerlijk, maar ik geniet uitermate van m’n rabarbertoetje. Ik geloof trouwens dat ze het uiteindelijk toch niet doorberekend hebben. Maakt niet uit. We nemen ook nog een lekker desserwijntje. Een mooie afsluiting van een heerlijke dag.
Tot slot lopen we een beetje onvast die paar meter naar onze B&B.



Bloggerswandeling Drentsche Aa





We worden ontvangen met koffie en zelfgebakken kruidkoek. Met een inspirerend gezelschap, tien leuke enthousiaste mensen, bloggers en aanhang, gaan we op pad. Een mooiere dag hadden we ons niet kunnen wensen. Stralende zonneschijn met een zacht briesje. We lopen door een schitterend gebied, het Natioaal Beek en Esdorpenlandschap Drentsche Aa en eindigen bij een hunebed.

Ik leer van alles over het landschap en de bijzondere insecten en prachtige bloemen.
Van elf uur tot vier uur in de middag wandelen we door veld, bos en hei, ik kom soms oren en ogen te kort.
Ik schrijf wat steekwoorden op in de hoop alles te kunnen onthouden, maar laat dat op een gegeven moment maar varen en ga vooral genieten van wat ik hoor en zie. Ik ben geen bioloog of botanicus, ik voel me vereerd dat ik met dit deskundige gezelschap onderweg ben.
Een heerlijke, goed verzorgde lunch zit in de rugzakken van Kees en Stella, wat zijn we verwend!



De verhalen over allerlei kevertjes e.d. doet me met heel andere ogen kijken. De fase van ‘enge beestjes’ had ik al geruime tijd achter me gelaten, maar nu zie ik nòg meer de schoonheid van dat kleine spul. Of dacht ik vroeger bij een schimmel op een plant, getsie, nu kijk ik vol bewondering naar bijvoorbeeld vuilboomroest, waarvan Ubel zegt: ‘Het is oranje en het zwamt’.





Zoveel verhalen over allerlei beestjes, over heidespannertjes, kleine vlindertjes met een mooie tekening op de vleugels. De gestreepte heidespanner, net iets groter dan de gewone (Kees: ‘heeft meer boterhammen met pindakaas gegeten’). Zandloopkevers die wel een bij kunnen opeten. Drietand mestkever.
Een nachtpauwoog die, in een web terechtgekomen en door spin leeggezogen, voor haar dood nog eitjes heeft gelegd.


Ook spinnedoders, die we al kenden van onze wandelingen op het eiland Chios.
Een als takje vermomde rups, bijna onzichtbaar, zo goed is hij gecamoufleerd, van de grote voorjaarsspanner.
Nog een fraai diertje met mooie naam geelbandlangsprietmot.
Of de aparte kokerjuffer, de larve maakt een kokertje van takjes en verstopt zich daarin.
Over een zwavelzwam op een dode eik, vol met boletenkevertjes.


En wonderschone planten, tussen de dorre heide het oplichten van de gele kruipbrem, een veld met duizenden breedbladige orchissen. Of de ratelaar, een plant waar het vlindertje de ratelaarspanner afhankelijk van is, en de plant weer van witbolgras. Deze bijzondere plant kende ik toevallig, omdat ze nu groeit in de bermen waar ik dagelijks langsfiets.
Het veelkleurig vergeet-mij-nietje met bloempjes in het wit, lichtgeel, lichtblauw, tot roodachtig (‘ik kan maar niet kiezen welke kleur ik wil’).
Salomonszegel, die in Drenthe ‘mot-met-biggen’ wordt genoemd. Doordat de bloemen in een rij langs de stengel staan, lijkt het op een zeug (mot) met zogende biggen.
Of het verhaal van een meester die in de eerste helft van de vorige eeuw, kinderen veen liet graven voor de school, op de plek van deze kinderarbeid groeien nu aronskelken. Grazers en vogels horen er ook bij, we zien in de verte zelfs een grauwe klauwier.






Dan is er nog van alles wat ik gemist heb, zo’n dag is voor herhaling vatbaar. Graag ga ik een volgende keer weer mee. Ik vond het ook leuk om het gezicht achter een blog te leren kennen.
Elk verhaal zou een eigen blogje waard zijn, maar kijk vooral bij de blogs van de deelnemende bloggers met de allermooiste foto’s en alle achtergrondinformatie, er gaat een nieuwe wereld voor je open! 


Hier vind je verhalen en foto’s van:

Coby van Natuurkieker, hier over de kokerjuffer

En nog de link naar Robert Wagter