maandag 15 juni 2020

Sieruien

De vier soorten alliums die ik afgelopen herfst aangeschaft heb zijn allemaal opgekomen. Mijn ervaring is dat ze het eerste jaar nog niet uitbundig doen, maar dat het steeds beter wordt.
Dus lekker verwilderen!

Bochtig look (Allium Zebdanese) was er het eerst, die bloeide al begin april!
De Allium Oprephilum volgt half mei met een prachtige purperrode kleur:



Slangenlook gaat nu bloeien, een gekke, leuke soort met een wirwar van vergroeide stengeltjes en broedbolletjes. Ze zijn ruim een meter hoog. De latijnse naam van deze inheemse look is Allium scorodoprasum ‘Art’.


A. caeruleum, begint langzaam in bloei te komen, de kleur wordt hemelsblauw:


Naast de nieuw aangeschafte uien heb ik deze naamloze sierui al zeker tien jaar. Hij wordt steeds groter en het blad blijft ook lang mooi.


Van Jan Wilde een Tuin kreeg ik vorig jaar een aantal Esculaap-uien. Ze begonnen vol goede moed, werden geel en vielen om. Jammer, dacht ik, ik vraag voor het volgend jaar weer wat nieuwe aan Jan.
Maar ze zaten gewoon nog in de grond en doen het geweldig dit jaar.
Je kunt goed zien waarom ze Esculaap-ui heten. Zo leuk al die kronkels!
Als de bloem eenmaal opent, strekt de steel zich weer. Allium sativum v. ophioscorodon is eigenlijk geen ui, maar een soort knoflook.



Van de Goudlook, Allium moly, het kleine gele uitje, had ik vorig jaar drie exemplaren, dit jaar maar eentje. Hopelijk volgend jaar meer!